Op de foto's kan worden geklikt voor een groter formaat (800x600) en nadere toelichting. De foto's zijn genummerd en het nummer wordt zichtbaar door er met de cursor op te gaan staan.
Muurwespen (genus Ancistrocerus) zijn wespen die nestelen in muurgaten en andere openingen. Voor het broed vangen ze rupsen en de broedcellen metselen ze dicht. In Nederland komen 12 soorten voor, waarvan er 6 zeldzaam zijn. De andere 6 stuks komen voor in mijn tuin. De muurwespenwespen worden in determinatietabellen soms onderverdeeld in 3 groepen: groep parietum, groep parietinus en groep scoticus.
De wesp van de foto's is gevangen in mijn tuin te Koudekerke op 26 juni 2011.
De determinatie is geschied met de tabel van de Duitse jeugdbond (DJN), Bestimmungsschlüssel für die Faltenwespen van Christian Schmid-Egger, 2003.
De tabel behandelt mannetjes en vrouwtjes apart. We kiezen voor mannetjes (foto 1, 3 en 4), want het kopschild (clypeus) is geheel geel, de antenne heeft 13 segmenten en het achterlijf heeft 7 segmenten.
1. Hoe verloopt de zijlijn van de 2e sterniet? Dan kiezen we voor recht of gelijkmatig licht gebogen (foto 4): naar 5.
5. De ribben in de groeve van de 2e sterniet zijn in het midden breder dan aan de zijkanten (foto 2): naar 6.
6. De boven-achterkant van het propodeum (foto 1) is niet bijna glad (antilope) en deze zijde en de de zijkanten hebben een leerachtige structuur; de achterzijde van het propodeum (met de vlinderfiguur) is versmald (foto 1); het metapleuron is mat of gepuncteerd (foto 4); tergiet 7 is versmald: naar 7.
7. De binnenoogrand is niet geel getekend, maar geheel zwart (foto 3): naar 9
9. Minstens op de tergieten 1-5 gele banden (foto 1 en 4); de lengte van deze soort is 9-12 mm. Het mannetje van de foto's is 10,1 mm lang (foto 1).
De uitkomst is dan mannetje Ancistrocerus parietinus (groep parietinus).